Twee jaar lang een verbeteringstraject doorlopen is niet voldoende om de arbeidsovereenkomst te beëindigen wegens disfunctioneren
Vervolgens heeft er een langdurig verbetertraject plaats gevonden en is de werkgever in januari 2016 tot de conclusie gekomen dat dit traject niet is geslaagd. De werkgever vraagt om deze reden aan de Kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te ontbinden wegens disfunctioneren.
De kantonrechter is echter van mening dat het ingezette verbetertraject van meet af aan een ongelijke strijd is geweest en dat deze niet voldoet aan de daaraan op grond van goed werkgeverschap te stellen eisen.
Ter onderbouwing voert de kantonrechter aan dat de werkgever een andere koers mag gaan voeren echter dat een werkgever er wel zorg voor moet dragen dat zij blijft voldoen aan alle eisen van zorgvuldig werkgeverschap. Hieronder valt onder meer een adequate begeleiding van de betrokken werknemers en diens leidinggevende die de wijzigingen moet doorvoeren. In casu is de leidinggevende enkel geïnstrueerd om de afdeling rendabel te maken.
De leidinggevende heeft dit volledig naar eigen inzicht aangepakt en hierbij geen enkele ondersteuning gehad. Voorts blijkt dat er voorafgaand aan de koerswijziging tevredenheid was over het functioneren van de werknemer. De functie van werknemer is inhoudelijk niet gewijzigd. Het verbetertraject lijkt vooral gericht te zijn geweest op het veranderen van de persoon van de werknemer. Het enkel veelvuldig vast leggen van de indruk van de leidinggevende over (het vermeende uitblijven van) de voortgang van de werknemer in het verbetertraject op zichzelf vormt geen garantie voor de toewijzing van het ontbindingsverzoek, aldus de kantonrechter. Het ontbindingsverzoek vanwege disfunctioneren wordt daarom afgewezen.
Subsidiair heeft werkgever nog een verzoek ingediend om de arbeidsovereenkomst te beëindigen vanwege een verstoorde arbeidsrelatie. Dit wordt echter ook afgewezen door de kantonrechter. Doordat de werkgever een grote organisatie betreft, is de wrijving tussen werknemer en een leidinggevende in zijn algemeenheid vaak onvoldoende om op deze reden de arbeidsovereenkomst te beëindigen. Eveneens hebben beiden ter zitting aangegeven elkaar te kunnen waarderen, wat perspectief biedt voor een vruchtbare voortzetting van het dienstverband. De arbeidsovereenkomst wordt dan ook niet ontbonden.
Geconcludeerd kan worden dat een Kantonrechter niet zomaar tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst overgaat vanwege gesteld discfunctioneren indien de werknemer hierop verzoekt. Een dergelijke verzoek wordt getoetst aan specifieke eisen. Heeft u vragen hierover, neem dan gerust contact met ons op!
Terug naar overzicht